maandag 14 maart 2011

Profit

Hoe lang ploegt de boer nog voort in de Achterhoek? En in Twente? En in de Gelderse Vallei? En in Midden Brabant? De varkensboeren zijn al grotendeels vertrokken. Waar zijn ze gebleven? Onder andere net over de Duitse grens waar ze met een gloednieuwe stal, windmolen er voor, biogasinstallatie er achter, de toekomst weer zonnig tegemoet zien. Wanneer volgen de melkveehouders? Waarschijnlijk binnen nu en 10 jaar. Waarom? Ben Lichtenberg, voorzitter van LTO Gelderland hielp me laatst aan een heldere maar sombere voorspelling. Drie zwarte verwachtingen: minder opbrengsten, hogere kosten en geen of nog minder vergoeding voor maatschappelijke diensten. Minder opbrengsten door grofweg een verwachte halvering van de EU-inkomenstoeslagen. Die toeslagen vormen momenteel ca. de helft van het besteedbaar inkomen. (Nog) hogere kosten o.a. door een steeds slechter wordende verkaveling als gevolg van bedrijfsbeƫindiging en schaalvergroting. En tot slot: de peanuts die de boer nu nog kan krijgen voor onderhoud van natuur en landschap gaan ook op de helling. Geen vrolijk perspectief voor de vitaliteit van onze fraaie coulissenlandschappen. Is dit tij nog te keren? Waarschijnlijk alleen, concludeerden Ben en ik, wanneer we op alle drie de zwarte ontwikkelingen simultaan een accuraat antwoord weten te geven. Bijvoorbeeld:
1. Meer inkomen door meer omzet met betere marges om zo de dalende GLB-toeslagen te compenseren. Bijvoorbeeld door meer waarde toe te voegen aan de zuivel en door nieuwe verdienmogelijkheden te ontwikkelen op het gebied van energie, recreatie, dienstverlening.
2. Kostprijsverlaging door bijv. werk te maken van kavelruil. Misschien hebben we wel weer instrumenten nodig met het gewicht van de oude landinrichting. Vrijwillige kavelruil lijkt in de kleinschalige landschappen ontoereikend. Kavelruil is ook cruciaal voor weidegang op grootschalige bedrijven.
3. Nieuwe waarderings- en verrekenmechanismen voor de onbetaalde diensten die de boer de samenleving verleent. Wellicht bieden de watervoorziening en het waterschap nieuwe mogelijkheden. Of: ontwikkelingsruimte in ruil voor onderhoud en aanleg van natuur en landschap.
Voor de coulissenlandschappen gaat de komende 10 jaar in de duurzaamheidsdiscussie het zwaartepunt verschuiven van People en Planet, naar ouderwetse Profit. Hoe houden we de bedrijven in de benen die het afwisselende coulissenlandschap moeten onderhouden en die de krimpregio’s nog enige vitaliteit geven? Dat wordt het zorgenkindje van de regionale en landelijke overheden. Belangrijk is dat we tegen die tijd, als sector zelf de scenario’s hebben uitgewerkt en de concepten klaar hebben liggen. Courage probeert met haar projecten daar, in alle bescheidenheid, bouwstenen voor aan te dragen.

Carel de Vries
Projectmanager Courage