donderdag 11 februari 2010

Koerelatie

Maatschappelijk isolement is funest voor het toekomstperspectief van de melkveehouderij. Steeds minder Nederlanders, ook degenen die overheden, belangengroepen en de media bevolken, hebben historische wortels in de agro-sector. Kennis van en affiniteit met de landbouw zijn steeds minder vanzelfsprekend. Wanneer de sector niet beweegt, beweegt de samenleving zich vanzelf van de sector af. Maar de melkveesector staat niet stil. Integendeel, ze is volop in beweging. Maar wat is de bewegingsrichting? Naar de samenleving toe of er vanaf? Autonome economische en technologische trends drijven de sector richting schaalvergroting, automatisering en verdergaande rationalisering. Toenemende vervreemding ligt dan op de loer. Onbekend maakt onbemind en onbemind maakt al snel ongewenst. En dat vertaalt zich vroeg of laat in belemmerende regelgeving. Zo is ammoniak uit varkensmest volgens de wet schadelijker dan ammoniak uit rundveemest. En de nertsenhouderij wordt inmiddels bedreigd met een collectief verbod. Voor behoud van perspectief is juist nu de uitdaging om actief naar de samenleving toe te ontwikkelen. Dit is een rode draad in de agenda van Courage voor de komende jaren. Hoe doen we dat? Hoe zorgen we dat de melkveesector en de Nederlandse samenleving innig verbonden blijven? Maatschappelijke waardering stoelt op twee poten: 1) het als sector zelfstandig, pro-actief oplossen van de eigen maatschappelijke problemen en 2) het vergroten van de maatschappelijke relevantie. Het eerste punt gaat over het zoeken van innovatieve oplossingen voor technische vraagstukken zoals het klimaatprobleem, diergezondheid en dierwelzijn, sluiten van kringlopen en landschappelijke kwaliteit.
Het tweede punt, maatschappelijke relevantie, stoelt maar voor een klein en afnemend deel op de bijdrage aan economie, werkgelegenheid en voedselproductie. Voor de toekomst hebben we in stadstaat Nederland innovatieve ‘verbinders’ nodig om maatschappelijk relevant te zijn. De uitdaging is van die nieuwe verbinders ook nieuwe ‘verdieners’ te maken. Te denken valt aan gezondheidszorg, recreatie, natuur, onderwijs, entertainment, retail, energieproductie, horeca etc. Dit maakt van de toekomstige melkveehouderij een complexe multi-onderneming. We hebben nieuwe partners, nieuwe investeerders, andere sectoren, nieuwe bedrijfs- en businessconcepten nodig voor nieuw economisch en maatschappelijk perspectief. Kunnen we midden in de stad, samen met een groot aantal partners, een Koeientuin exploiteren? Binnenkort gaan we het verkennen. Bedrijfsontwikkeling als co-creatie-proces? Hoe doe je dat, waar leidt dat toe en vergroot dat je ontwikkelingsperspectief? Binnenkort starten we een experiment.

Carel de Vries
Projectmanager Courage